Wist je dat?

  1. Executieve functies en intelligentie niet hetzelfde zijn(Horeweg, 2015).

 

  1. Inhibitie de basis is voor alle andere executieve functies(Smidts & Huizinga, 2011).

 

  1. De verschillende executieve functies zich allemaal op een andere manier ontwikkelen, met een andere snelheid(Crone, 2008).

 

  1. Niet alle problemen met executieve functies samengaan met een gedragsprobleem of gedragsstoornis(Smidts & Huizinga, 2011).

 

  1. Je alleen op een doelgerichte manier kunt handelen, als je, je ook van je eigen gedrag bewust bent(Smidts & Huizinga, 2011).

 

  1. Vooral de prefrontale cortex verantwoordelijk is voor het aansturen van doelgericht en efficiënt gedrag(Smidts & Huizinga, 2011).

 

  1. Het zonder executieve functies niet mogelijk is om op een efficiënte manier te functioneren in het dagelijks leven(Smidts & Huizinga, 2011).

 

  1. Je als leerkracht en/of ouder, de executieve functies van het kind kunt versterken en ondersteunen(Dawson & Guare, 2012)

 

  1. Het zeer noodzakelijk is dat alle deelprocessen bij de executieve functies, met elkaar kunnen samenwerken (Crone, 2008).

 

  1. Niet alle hersengebieden zich even snel ontwikkelen(Crone, 2008).

 

Crone, E. (2008). Het puberende brein. Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker.

Dawson, P., & Guare, R. (2010). Executieve functies bij kinderen en adolescenten. Amsterdam: Hogrefe.

Dawson, P., & Guare, R. (2012). Coachen van kinderen en adolescenten met zwakke executieve functies. Amsterdam: Hogrefe.

Horeweg, A. (2015). Gedragsproblemen in de klas. Tielt: Lannoo.

Smidts, D., & Huizinga, M. (2011). Gedrag in uitvoering. Amsterdam: Nieuwezijds.