De ontwikkeling van de cognitieve flexibiliteit

Cognitieve flexibiliteit is: “het vermogen snel en accuraat te wisselen tussen het uitvoeren van twee (of meer) verschillende taken” (Huizinga, 2007, p. 77).

 

Bij volwassenen is er veel over de cognitieve flexibiliteit bekend, bij kinderen is hier echter weinig over bekend. Wel is er bekend dat het voor kinderen lastiger is om te wisselen tussen twee verschillende taken, dan voor de meeste volwassenen. Om dit te bewijzen zijn er veel verschillende onderzoeken gedaan naar de ‘kosten’ die komen kijken bij het wisselen van een taak. Hiervoor zijn er verschillende testen gedaan bij groepen van 7-jarigen, 11-jarigen en 21-jarigen. Uit deze testen kon geconcludeerd worden dat bij elke leeftijdsgroep er kosten verbonden waren aan het wisselen van een taak. Maar deze kosten bleken bij de groep van de 7-jarigen het grootst te zijn, zij hadden de meeste moeite met het wisselen tussen twee taken (Huizinga, 2007).
De cognitieve flexibiliteit blijft zich verder door ontwikkelen tot in de adolescentie (Huizinga, 2007).

 

Wanneer de cognitieve flexibiliteit niet voldoende ontwikkeld is dan uit zich dit in rigide, stereotiepe gedragingen en moeilijkheden in de regulatie en aanpassing van motorische handelingen (Lezak, Howieson & Loring, 2004). Deze kenmerken zie je ook terug bij mensen met een Autisme Spectrum  Stoornis (Horeweg, 2015). 

Horeweg, A. (2015). Gedragsproblemen in de klas. Tielt: Uitgeverij Lannoo nv.

Huizinga, M. (2007). De ontwikkeling van executieve functies tussen kindertijd en jong- volwassenheid. Neuropraxis, 69-76.

Lezak, M. D., Howieson, D. B., & Loring, D. W. (2004). Neuropsychological assessment (4th ed.). Oxford: Oxford University Press, 627.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb